KNMG wil in nood soepeler om kunnen gaan met regels rond BIG wet

De KNMG wil dat in een crisissituatie, zoals momenteel met het coronavirus, er soepeler kan worden omgegaan met de BIG wet om zo levens te redden. 

In de BIG wet staan strenge regels rond de bekwaamheid van artsen. Volgens de BIG wet moet iemand geregistreerd zijn in het BIG-register om zichzelf arts te mogen noemen en bepaalde zorghandelingen uit te mogen te mogen voeren. Zo houden we het niveau van de gezondheidszorg op een hoog niveau.

Echter, bij tekort aan gekwalificeerd zorgpersoneel dan zou een gepensioneerde arts of een bijna afgestudeerde geneeskundestudent levens kunnen redden in een noodsituatie. Hier pleit de KNMG voor.

De noodsituatie vraagt volgens de KNMG om een soepelere aanpak om zo voormalig artsen of geneeskundig specialisten die over voldoende ervaring of recente kennis beschikken toch aan het werk te kunnen zetten. Dit geldt dus ook voor coassistenten. Zij zijn nog geen arts maar hebben al wel een groot deel van hun coschappen doorlopen en hebben daarmee vaak ook voldoende praktijkervaring opgedaan. 

Er zijn een aantal voorwaarden opgesteld waaronder niet-geregistreerde artsen moeten kunnen gaan werken. Alleen in een noodsituatie kan dan een niet meer of nog niet-geregistreerd persoon ingezet worden. Voorkeur gaat daarbij uit naar degene die de meest recente praktijkervaring heeft. Taken worden zo verdeeld dat de complexe taken door BIG-geregistreerde zorgverleners uitgevoerd worden. Daarnaast moet de laatste ervaring van de niet-praktiserend arts of geneeskundig specialist de afgelopen tien jaar hebben plaatsgevonden en de vaardigheden dienen nog aanwezig te zijn of eenvoudige te trainen. De KNMG benadrukt dat het om een tijdelijke situatie gaat waarbij altijd een BIG-geregistreerde arts of geneeskundig specialist aanwezig blijft die kan ingrijpen.

Op welk punt er sprake is van een tekort aan personeel moeten de ziekenhuizen en zorginstellingen zelf bepalen, stelt de KNMG in haar advies aan de Inspectie Gezondheidszorg en jeugd.